Ga naar Klinkers, Medeklinkers, Samengestelde klanken


Uitspraakgids voor de Zweedse taal

Zoals gezegd, is de uitspraak het moeilijkste in het begin. Daarom hoeft u in het begin niet alles te onthouden. Blader eerst maar eens snel door deze pagina om een idee van de grondbeginselen te krijgen. En als uw kennis van het Zweeds toeneemt, ga dan terug en probeer uw uitspraak Zweedser te maken. Het belangrijkste zijn het hoofdstuk over klank en klemtoon en de klanken die vetgedrukt zijn.


Klank en klemtoon

Het Zweeds heeft twee soorten fonetische accenten: het acuut en het grave accent. Het acuut accent is hetzelfde als in vele andere talen. De klemtoon is zoals in in het Nederlandse woord spreker. Dit accent komt voor in woorden met één lettergreep en enkele woorden met twee of meer lettergrepen.

Het grave accent is kenmerkend voor het Zweeds, en het komt voor in de meeste woorden die meer dan één lettergreep hebben. De klemtoon valt hierbij ook op de eerste lettergreep, maar de tweede lettergreep heeft een hogere klank dan de eerste, en wordt sterk benadrukt. De meeste Zweedse woorden met meerdere lettergrepen hebben de hoofdklemtoon op de eerste lettergreep en het grave accent op één van de volgende lettergrepen.

Ik geeft de veellettergrepige woorden met het acuut accent aan met een apostrof (') na de beklemtoonde lettergreep.

Woorden met het grave accent zijn gemarkeerd met een asterisk (*) op de lettergreep met de hoofdklemtoon, en indien nodig met een apostrof achter de lettergreep met de hogere klank.

In de volgende grafiek ziet u de toonhoogte van het grave accent in het Zweedse woord *tala = spreken.

Hier zijn enkele eindlettergrepen die allemaal het acuut accent gebruiken, met de klemtoon op de laatste lettergreep. Het is niet belangrijk, dat u deze in het begin uit uw hoofd leert. Leer ze herkennen als u ze tegenkomt.

    -ang, -ant, -at, -ent, -eri, -ess, -ion, -ism, -ist, -log, -nom, -tris, -ur, -ör, -ös


Uitspraak

Klinkers:

    a
    [a:]
    [a]
    als in vader in Zuid-Ned. dialecten (vaoder); als in father (eng.) - ta = nemen
    als in kat - katt = kat
    o
    [o:]
    [o]
    als in boer - ko = koe
    als in boek - hon = zij (enkelvoud)
    u
    [u:]
    [u]
    als in fuut - hus = huis
    tussen dun en doen in, met ronde lippen - brunn = bron
    å
    [å:]
    [å]
    als in door- båt = boot
    als in kort - sång = lied
    e
    [e:]
    [e]
    als in zee - se = zien
    als in net - fett = vet
    i
    [i:]
    [i]
    als in bier - fil = file, bestand
    als in niet - in = in
    y
    [y:]
    [y]
    tussen i en u in, lijkt op rue (fr.) en het müde (du.), maar met de lippen meer rond en vooruitgestoken - sy = naaien
    hetzelfde, maar korter, ongeveer zoals müssen (du.) en het lu (fr.) - sytt = genaaid
    ä
    [ä:]
    [ä]
    voor de -r als flair - där = daar. Anders minder open, als in crème - träd = boom
    voor de -r als in erg - stjärt = achterwerk. Anders als [e] - lätt = makkelijk
    ö
    [ö:]
    [ö]
    voor -r als in oeuvre - för = voor. Anders als in beugel - söt = knap
    voor -r als [ö:] voor -r, maar korter - dörr = deur. Anders als [ö:] maar korter - röst = stem

Medeklinkers:
(Ik heb alleen een toelichting geschreven bij medeklinkers met een andere uitspraak dan in het Nederlands)

    d [d] als in het Nederlands, maar plaats uw tong tegen de bovenkant van uw tanden.
    g
    [g]
    [j]
    Voor a,o,u,å en onbeklemtoonde e als in garçon (fr.) of good (eng.) (nooit als in goed)
    Voor e,i,y,ä,ö en na l en r als in ja
    j [j] als in ja
    k
    [k]
    [k]
    Voor a,o,u and å als in kat
    Voor e,i,y,ä,ö ongeveer als in ich (du.)
    l [l] bijna als de Nederlandse l, maar met de tong meer voorin de mond (niet te dik)
    r [r] een rollende r, voorin de mond gevormd
    t [t] als in het Nederlands, maar plaats uw tong tegen de achterkant van uw tanden
    v, w [v] beide tussen de Nederlandse v en w in
    z, s [s] beide als scherpe s; spreek de z nooit als de Nederlandse z uit

Samengestelde klanken:

    [s]
    ch, sk (voor e,i,y,ä,ö), sj, sch
    si en ti (voor -on), skj, stj, -ge en rs
    als sj- in sjaal of als -sj- in meisje.
    [j] gj, lj, hj als j- in ja
    [k] tj, ch (soms) hetzelfde als k (boven)
    [g] ng als -ng in zang
    [gn] gn als ngn (dus de ng klank met hierachter de n
    [gk] nk als in zink
    [k] ck als -k in blik
    [n] rn als n, maar met de tong iets verder naar achter in de mond
    [t] rt als t, maar met de tong iets verder naar achter in de mond


Dat was het; nogal veel om te onthouden, nietwaar? Maar leer niet alles ineens. Kom terug als je enkele lessen gedaan hebt.

Terug naar de lessen, of ga naar de bovenkant van deze pagina, of ga naar les 1


Any opinions, comments, corrections are welcome to this address:

Last updated the 27th of March

Copyright Björn Engdahl 2008